Gelezen IX
Annick Vansevenant
voor De Zondvloed Boekhandel/ R &M
Editie oktober ‘18
Fictie
Reservoir 13, Jon Mc Gregor, Nieuw Amsterdam 2018**
Dit boek, zo verklapt de cover, was genomineerd voor de Man Booker Prize (Long List) en als een winnaar van de Man Booker Prize (G. Saunders) dit een verbluffend kunstwerk vindt dan wordt de aandacht getrokken. Zeker als het zich afspeelt in hartje Engeland, een mysterieuze verdwijning van een tienermeisje het startpunt vormt en een klein dorp vanuit die invalshoek wordt benaderd.
Toch ben ik geen fan geworden van dit boek. Ritme en het natuurlijke va-et-vient van seizoenen waarmee de auteur als het ware een beetje de ‘Pont Mirabeau’ van Appolinaire in romanvorm wil brengen, mislukt. Het meisje is verdwenen, haar tijd staat stil. Even staat ook het leven van de dorpsgenoten stil en dan verhaalt de auteur hoe per jaar, seizoen per seizoen, het leven verder gaat. Elk jaar de kerstwake, het toneel, de eerste natte sneeuw, de vossen en vogels die koppelen. Wat mij stoort: leven daar geen andere dieren dan vossen, merels en goudhaantjes? Hoeft het per se dezelfde herhaling te zijn? Op de duur kon ik nauwelijks de neiging onderdrukken om met een zoekfunctie het aantal gelijke zinnen in dit werk te zoeken… Ritme gedurende 13 jaar aanhouden (vandaar de titel) op een gelijkaardige manier is gewaagd. Hij doet het te gelijkaardig en mist daardoor een literair perspectief. Volgens mijn bescheiden mening is de auteur er niet in geslaagd zijn gouden idee te verzilveren.
Enfin, de meningen zijn verdeeld. Maar daarom alleen al blijft het boek het lezen waard want… schrijven kan Mc Gregor wel!
Alle verhalen, Leonora Carrington, Uitgeverij Orlando, 2018 ****
Leonora Carrington een ongewone vrouw noemen, is het minste wat je kunt zeggen. Surrealistisch kunstenaar, schrijver, gehuwd geweest met o.a. Max Ernst, opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis en daar ontsnapt met haar nieuwe man naar Mexico… Zij werd 96 jaar oud. Haar kunstwerken en verhalen blijven de eeuwige jeugd behouden.
“Alle verhalen” bevat een bundeling van de kortverhalen van Carrington. Een must voor wie ook haar beeldend werk beter wil begrijpen. Maar ook een must voor de lezer die houdt van het meest vreemde wat je maar kan dromen, een non-realiteit die nauwelijks te beschrijven valt. Haar passie voor dieren (paarden en hyena’s, vossen en everzwijnen) is soms bruskerend. Haar ergernis ten aanzien van kleinburgerlijkheid is evengoed mateloos. De kortverhalen zijn erg kort, soms vertonen ze een samenhang en soms niet. Vaak staat de nuchtere taal in contrast met de irreële context. Maar de wereld van Carrington is een mythische, boeiende wereld die in deze no-nonsense tijd jammer genoeg in de schemerzone geraakt. Zeer mooi en begeesterend om te lezen.
Lege harten, Juli Zeh, Ambo/Anthos, 2018****
Zeh is een geëngageerd schrijver. Een auteur die geen blad voor de mond neemt als ze futuristisch schrijft op basis van wat ze vandaag ziet in onze samenleving. Met verbeelding en realiteit maakt ze romans die literair hoogstaand zijn.
Britta en Babak helpen mensen met zelfmoordneigingen. Niet om ze zin te geven in het leven, maar om ze een kans te geven tot kamikaze, een opleiding tot zelfmoordterrorist. Hierop denken ze een monopoliepositie te hebben verworven tot een aanslag, gepleegd door iemand die geen klant was van hun kliniek, onrust wekt. Nog meer onzekerheid ontstaat als ook de database wordt gehackt.
Op zich een afgrijselijk scenario; weliswaar iets over het randje maar nog net geloofwaardig. Heel mooi is ook hoe Zeh een passage schrijft over Britta die met een fiets, zonder gsm, zonder pc… vlucht in de natuur en daar kan nadenken en zichzelf terugvindt om dan net als een Afghaanse bergtrooper opnieuw in de aanval te gaan.
Het boek leest vlot, is kritisch van toon, amusant bij wijlen en verrassend vreemd. Wat mij bijblijft, is hoe Zeh merkt dat in deze samenleving een ‘cover’ de lading niet dekt en die lading zelfs niet ontdekt wordt door mensen in de vriendenkring van deze undercoverwereld. Uiteindelijk een boek over een desolate maatschappij. Eenzaam. Lege harten, niet toevallig de naam van Britta’s concurrent.
Poëzie
Het Liegend Konijn, Jozef Deleu, Polis, 6-maandelijkse uitgave (april – oktober) *****
Dit had ik al eerder moeten melden. Dit konijn liegt nooit. Het lachend en liegend beest geeft ons wel halfjaarlijks een nestroof van nieuwe gedichten uit Vlaanderen en Nederland. Poëzie in een toch wel lijvige uitgave onder redactie van Jozef Deleu. Een mix van bekende namen en debutanten, een mix ook van stijl en thema’s. Dat laatste een beetje onder voorbehoud want in de reeks waren ook een paar nummers thematisch geordend zoals bv. “Veranderlijk” in 2017 en “Oorlog” in 2014.
Dit is een initiatief zonder weerga omdat je voor minder dan 20 euro een aantal gedichten van een veertigtal (on)bekende poëten kan lezen. Eindelijk eens geen verzamelbundel à la retrospectieve maar een prospectus van wat poëtisch Vlaanderen en Nederland straks voorstelt. Heerlijk om even van dichtbij te veilen en straks meer te lezen van een dichter die bevalt.
Non-fictie
Sapiens, Yuval Noah Harari, Uitgeverij Thomas Rap, 2018****
Homo Deus, Yuval Noah Harari, Uitgeverij Thomas Rap, 2018***
Twee boeken ineens, dat lijkt raar maar bij het fenomeen Harari is het misschien gewoonweg gewoon. Intussen ligt er ook al een derde boek van hem in de boekhandel (“21 lessen voor de 21ste eeuw”). Zonder overdrijven kan men spreken over een ware Harari-rage.
Waarom begeestert een docent geschiedenis aan de Hebreeuwse universiteit van Jeruzalem de groten der aarde? Zoals Obama en Gates deden en in eigen land twee grote artikels in De Tijd verschenen en zelfs de rector van de VUB het oeuvre plaatst op haar lijstje van de vijf boeken die haar leven veranderden?
Je bent niet meer ‘mee’ als je Harari niet las. Dat is klaar.
Is het dan zo goed? Loont het echt de moeite?
Ik vermoed dat een groot deel van de hype komt door de begeestering die Harari zelf in zijn boeken legt. Hij is een docent geschiedenis en dus is het geen puur filosofisch verhaal, maar eerder verhalend en verhelderend dankzij veel voorbeelden. Dat maakt het toegankelijk, zijn werken lezen als een trein en in de loop van een boek schuwt de auteur de herhalingen niet. Herhaling is de moeder van het geheugen en zo krijg je steeds meer Harari-kost ingelepeld. Daarnaast is er ook de holistische benadering: evolutietheorie, wetenschappelijke en technische vooruitgang, de evoluties van de menselijke samenleving en de impact op de natuur… komen samen tot een geheel.
De bijna frivoliteit waarmee Harari zaken samenbrengt, doet denken aan een langgerekte TED-talk. Boeiend, verhelderend, amusant.
Vernieuwend? Niet echt want als historicus raapt hij feiten samen. Feiten uit diverse disciplines en daar al langer bekend zijn, vertaalt hij voor een breed publiek op een populistische wijze.
‘Sapiens’ vond ik desalniettemin een goed boek.
De manier waarop hij imaginaire ordes beschrijft, zoals religies of een politieke ideologie, zet een mens terug met de voetjes op de grond, in alle bescheidenheid. Een mooi discours tegen retrowetenschappelijke theorieën als het anti-darwinisme. Maar als hij op een bepaald moment evolutionair humanisme (waarvan het Nazisme een typisch voorbeeld was) gelijkstelt of zelfs prefereert tav sociaal humanisme (socialistisch model) dan begin ik toch te twijfelen. Wat zegt hij nu eigenlijk behalve dat hij alles meent te zeggen? Is hier geen sprake van begripsverwarring omdat ‘evolutionair humanisme’ rekening houdt met evolutie en dat dit precies Harari’s stokpaardje is? Maar is evolutietheorie ook niet het verhaal van soortbinding, het voor elkaar zorgen? Wat is daar mis mee?
In ‘Homo Deus’, die ik dus een minder goede beoordeling gaf, voorspelt Harari een soort bionische mutatie van de mens zoals we die vandaag kennen. De toekomst heeft de mens niet meer nodig.
Dankzij de technische en medische vooruitgang, de ongekende grenzen van artificiële intelligentie wordt de mens straks een andere soort. Dat is namelijk de boodschap van evolutie: soorten verdwijnen, nieuwe soorten komen in de plaats. De mens zoals die nu bestaat, is vrij succesvol in evolutionair opzicht, maar vormt geen eindpunt in de (oneindige) evolutie. En, aldus Harari, het is de mens zelf die hier zijn transgressie en misschien zelfs het uitsterven van de menselijke soort bepaalt.
Voor de rest is het boek 50% herhaling van ‘Sapiens’ wat mij tegenhield om zijn derde boek te lezen.
Persoonlijk hou ik meer van de stijl van Klaas Landsman (fysicus) en Peter Sloterdijk (filosoof), auteurs die ik in een vorige blog beschreef. Degelijk denkwerk in natuurkunde en filosofie, niet te veel experimenteel zaken aan elkaar breien waarvan je niet weet of ze een lange houdbaarheidsdatum hebben en altijd het voordeel hebben dat ze kunnen getoetst worden.
Harari is voor mij net iets te veel fictionair dan visionair en zoals elke hype overroepen maar wel boeiend!